SPIROMETRIE EN FLOW VOLUME
Tijdens het onderzoek wordt het volume en de snelheid gemeten, waarmee u maximaal kunt in- en uitademen. Hiermee wordt de doorgankelijkheid van uw luchtwegen bepaald.
U wordt gemeten en gewogen en enkele gegevens worden in het longfunctietoestel ingevoerd. De longfunctie-analist legt uit wat tijdens het onderzoek van u wordt verwacht. Daarna neemt u een mondstuk tussen uw tanden (of tandprothese) en uw lippen. U bent dan met het toestel verbonden. Tenslotte wordt uw neus met een neusklem afgesloten.
De longfunctie-analist zal u vragen zo diep mogelijk in te ademen, daarna met een krachtige stoot maximaal diep uit te blazen en daarna op zijn/haar teken weer zo hard en diep mogelijk in te ademen. Dit in- en uitademen wordt een aantal keren herhaald om de meest maximale waarden vast te leggen.
Meer informatie vindt u in de patiëntenfolder ‘spirometrie' [longgeneeskunde].